De Groene Metropoolregio kent bijzonder veel pioniers die elk op hun eigen manier actief bijdragen aan de belangrijke waarden van een natuurlijk, gezond landschap. Niet gestuurd door gemeente of provincie. Maar vooral gevoed door eigen motivatie en energie. De deelnemers aan de werksessie ‘Mooi landschap, gezond voedsel!’ worden getrakteerd op de verhalen van vier prachtige initiatieven. Het motto volgens sessieleider Bert Lagerweij: “Eerst inspireren en dan leren.”
Stadslandbouw Mooieweg
Gytha van der Veer trapt de sessie af met haar project ‘Stadslandbouw Mooieweg’. Met veel enthousiasme vertelt zij over hoe het project in Arnhem-Zuid in 2014 is gestart. De toen nog kale vlakte is inmiddels omgetoverd in een groene oase, waar zonder mest- en gifstoffen groenten, kruiden en klein fruit worden geproduceerd. Zo’n 70 procent van de oogst (met een waarde van zo’n 12.000 euro!) gaat naar de Voedselbank. “Wij zijn een van de grotere versleveranciers van de Voedselbank”, zegt Van der Veer niet zonder trots. De overige productie is voor de vrijwilligers en een klein deel gaat in de verkoop. Het initiatief heeft ook een belangrijke sociale functie. “Veel vrijwilligers vinden het fijn om deel uit te maken van de groep”, vertelt ze. Er zijn ook allerlei activiteiten, zoals open dagen en projecten met scholen waarbij leerlingen komen meehelpen op het land.
Bureau Wijland
Dan is het woord aan Qader Shafiq van Bureau Wijland. Vanuit de pijlers internationale samenwerking, diversiteit & inclusie en duurzaamheid draagt zijn bureau bij aan de duurzame verbinding van mensen en organisaties met elkaar en de samenleving. Shafiq noemt een aantal voorbeelden waar dit al toe heeft geleid. Zoals het Land van Ooij, waar op 1,2 hectare grond een biologische moestuin en boomgaard is gerealiseerd. Onder het motto ‘groen verbindt’ worden in deze tuin mensen met verschillende culturele achtergronden bij elkaar gebracht. Ze werken samen in de tuin, doen mee aan activiteiten en wisselen zo ook kennis en ervaring uit. Een van de activiteiten in de tuin is het Festival Di-Vers; een echt festival met muziek, dans, eten en kinderactiviteiten. Bedoeld om zoveel mogelijk mensen te betrekken bij natuur en duurzaamheid. Tot slot noemt Shafiq het voorbeeld van het Wij-bos in het voedselbos Werelds. Mensen van verschillende culturen hebben er samen al honderden bomen geplant. “Ook schoolkinderen planten mee. Op die manier werken we aan natuur- en milieueducatie en leren de kinderen anders te consumeren. Plus het draagt bij aan emancipatie”, aldus een bevlogen Shafiq.
(H)eerlijk Lingezegen
Het derde initiatief is (H)eerlijk Lingezegen. Arnold Steenhuis vertelt dat het project in 2021 is gestart door acht kleine voedselproducenten die de behoefte hadden aan opslag voor hun producten. In het nieuwe landschapspark Park Lingezegen, tussen Arnhem en Nijmegen, vonden de voedselproducenten een plek. En daarmee werd een nieuwe ambitie geboren: om ook te komen tot een gezamenlijke verwerkingsruimte. Het idee werd om de afstand tussen producent en consument te verkorten, door hun producten lokaal te verwerken én aan te bieden aan lokale winkels en horeca. “Dat verkopen gebeurt onder de naam (H)eerlijk Lingezegen”, vertelt Steenhuis. Door zo duurzaam mogelijk te werken, dragen de producenten ook bij aan een duurzaam beheer van de gronden van Park Lingezegen. Steenhuis: “(H)eerlijk Lingezegen ziet de lokale boer als de boer van de toekomst. Het project is nog in volle gang. In november 2024 hopen we het op te leveren. Dan staat er echt iets heel moois.”
Landgoed Grootstal
Kien van Hövell neemt de deelnemers mee naar het familielandgoed Grootstal. Het landgoed ligt op de grens van Nijmegen en Malden en is volgens Van Hövell hard op weg een voorbeeld te worden voor duurzame voedselproductie en duurzaam landgebruik. “Duurzame voedselproductie is niet de sterkste kant van ons mensen”, neemt Van Hövell haar toehoorders mee in een korte wrap-up. Ze vertelt welke keuzes we in Nederland maken en hoe marginaal die soms zijn. Ze deelt haar zorg dat onze landbouw aan het degraderen is. “Het roer moet om”, zegt ze. En dat neemt landgoed Grootstal de laatste decennia zeer serieus. Vanuit de opgave ‘hoe geven we de bodem beter door aan onze volgende generatie(s)’ zoekt het landgoed antwoord op de transitie-opgaven van deze tijd. Dit leidt tot een voedsellandschap dat niet alleen klimaat adaptief is, maar ook meervoudige maatschappelijke waarde genereert. Via actuele thema's als voedsel, duurzaam ondernemen, kunst en onderwijs wil het landgoed een brug slaan tussen stad en land. En ook tussen natuur en cultuur. Van Hövell: “Onze ondernemers stellen gezondheid van bodem, water, ecosysteem en mens centraal en slaan een brug naar de consument. Duurzaam verbinden heeft de toekomst”, zegt ze.
Verankeren in beleid
De vier initiatiefnemers hebben ook wensen. “Meer beleidsruimte voor initiatieven als die van ons”, stelt Gytha van der Veer. Qader Shafiq ziet met Park Lingezegen een grote wens in vervulling gaan. “Een inclusief stukje grond”, noemt hij het 1.700 hectare landschapspark dat Arnhem en Nijmegen ‘groen’ verbindt. En Van Hövell hoopt dat we in staat gaan zijn om het verweven van functies (zoals stad en land of cultuur en natuur) te aanvaarden, met alles wat daarbij hoort. Ze hoopt daarvoor ook de ‘planologische ruimte te krijgen’. “Laten we de voedselketen verankeren in beleid”, laat ze de deelnemers weten.
Samenwerken
Intussen zitten de sessiedeelnemers op het puntje van hun stoel. De groep is mooi gemêleerd, want zowel bestuurders en ambtenaren als betrokkenen bij het duurzame voedselwerkveld zijn vertegenwoordigd. Een aantal deelnemers komt uit het onderwijs of een maatschappelijke organisatie. De eerste vraag is van de aanwezige klimaatburgemeester. Hij mist bij (H)eerlijk Lingezegen de biodiversiteit. Arnold Steenhuis heeft daar antwoord op: “Certificering is nu geen verplichting, wel willen we dat de boeren aantoonbaar stappen zetten. Wij zien het als een beweging.” En eerlijk: “Als certificering wel een starteis was geweest, hadden we welgeteld één boer overgehouden.” Ook is er nieuwsgierigheid naar de samenwerking tussen (H)eerlijk Lingezegen en Herenboeren Lingezegen, aangezien vanuit dit laatste initiatief in hetzelfde park een nieuwe, coöperatieve boerderij wordt opgezet. Het antwoord vanuit beide initiatieven is duidelijk. “Wij kijken ernaar uit”, zegt Arnold Steenhuis. En de directeur van Heerenboeren Lingezegen die ook aanwezig is: “Ieder apart werkt niet, we redden het alleen als we samenwerken.”
Eco-dienstverlening
Ook willen de aanwezigen weten hoe het zit met de financiering van de verschillende initiatieven. Het idee wordt geopperd om boeren te betalen voor hun eco-dienstverlening. “Ze leveren ons gezond voedsel, gezonde bodem en schone lucht”, luidt de uitleg erbij. Een ander noemt dat we toe moeten naar nieuw evenwicht in onze landbouwketen. “Vroeger was het heel gewoon dat bijna alles wat we nodig hadden, uit Nederland kwam. Er was evenwicht. Tegenwoordig is dat evenwicht ver te zoeken en moeten we misschien wel over onze landsgrenzen heen kijken. Waarom willen wij als Nederland zelf nog vlees produceren? Daarvoor hebben we de ruimte niet. Laten we het van elders halen en zelf zorgen voor groenten en fruit. Het nieuwe evenwicht vraagt om grenzen verleggen.”
Veel passie
Het slotwoord is voor Agnes Schaap, burgemeester van de gemeente Renkum én bestuurlijk opdrachtgever voor de opgave Ontspannen Regio. Zij ziet deze middag vooral veel passie. “Om het met elkaar mooier en beter te maken. En voor het maken van combinaties tussen economie, sociaal, natuur en duurzaamheid”, zegt ze. Ze komt zelf van een boerderij en weet als geen ander hoe belangrijk onze natuur is. “Het moet niet alleen gaan over verstedelijking, maar óók over het landschap. We moeten veel meer terug naar de natuur en toe naar zelfvoorzienendheid.” Ze nodigt tot slot de aanwezigen uit om het rapport ‘Vervlochten regio, wat betekent het voor de natuur?’ te lezen, dat binnenkort vanuit het project groen-blauw raamwerk wordt gepubliceerd. En daarmee komt de sessie aan het einde. Bert Lagerweij concludeert dat er veel aan bod is gekomen. En dat alles precies binnen de tijd. Geïnspireerd en met nieuwe kennis verlaten de deelnemers de zaal.