Actueel

Leefbaarheid in dorpen en wijken

  • Actueel
  • Leefbaarheid in dorpen en wijken
Datum: 21 februari 2023

In Arnhem-Oost wordt actief gewerkt aan het meer leefbaar maken van de wijk. Daarbij gaat het niet alleen om fysieke verbetering. Speciale aandacht is er voor het vergroten van kansen en gelijkheid. Wat is het geheim van de Arnhem-Oost aanpak? Wie zijn betrokken? Wat kunnen andere wijken en dorpen ervan leren? Dat alles komt aan bod in de werksessie ‘Leren van en met de Arnhem-Oost aanpak’ tijdens het regiocongres 2023.

Monaïm Benrida is sinds kort kwartiermaker van de Arnhem-Oost aanpak. Hij neemt de deelnemers aan de sessie eerst mee naar het deel van de stad waar al een poosje allerlei initiatieven ontstaan om de leefbaarheid te verbeteren. Het gaat om vijf wijken, die sterk van elkaar verschillen. Elke wijk kampt met sociale problemen, zoals armoede en taalachterstand. En met overlast en criminaliteit. De overeenkomst is dat elke wijk over ontzettend veel sociaal kapitaal beschikt. Daar zit veel potentie in. Het grote doel van de Arnhem-Oost aanpak is om die potentie aan te boren. “Als samenleving missen we te veel als we er niets mee doen”, luidt de uitleg van Benrida.

Structurele aanpak

Kern van de aanpak is dat wat goed gaat in de wijken, te versnellen en intensiveren. In de wijken gebeurt namelijk al veel op het gebied van onderwijs, werk, veiligheid, wonen en openbare ruimte. Ook biedt de aanpak ruimte voor experimenten en innovatieve, integrale oplossingen. Het uitgangspunt is dat spelers in de wijken zoveel mogelijk zelf en met elkaar (ontschot!) de initiatieven handen en voeten geven. Zoals scholen, woningcorporaties, politie, maatschappelijke organisaties, ondernemers en bewoners. De gemeente vervult bij voorkeur een faciliterende rol. De bedoeling is om tot een structurele aanpak te komen, waarbij de focus ligt op de nieuwe generatie. Om die reden heeft het project veel tijd gekregen: maar liefst 18 jaar.

Dichten van de kloof

Om welk soort initiatieven en thema’s het gaat? Dat is heel divers. Benrida vertelt dat het bijvoorbeeld gaat om het dichten van de kloof tussen praktisch en theoretisch opgeleide mensen. Buurtbewoners die via de beroepsroute veel bereiken, zijn net zo waardevol als buurtbewoners met een hbo- of universitair papiertje op zak. Ook opvoeden en opgroeien is een onderwerp, waarbij de focus niet alleen op het kind ligt. Maar juist op het hele gezin. Ook wonen, leefbaarheid en duurzaamheid krijgen in het project aandacht. Inclusief een groene omgeving en ruimte voor bewegen. En er is aandacht voor inkomen en bestaanszekerheid van bewoners. Zo noemt Benrida de actie ‘Immerloo schuldenvrij’, waarbij vijftig gezinnen geholpen zijn om uit de schulden te komen.

GMR Regio Congres 2021 Web 23
GMR Regio Congres 2021 Web 24

Containerbegrip

De deelnemers in de zaal zijn benieuwd naar het succes van de aanpak. “Leefbaarheid is zo’n containerbegrip, hoe bepaal je dan wat werkt”, wordt gevraagd. Benrida’s antwoord is simpel: “Niet de gemeente bepaalt of iets succesvol is, maar we bepalen het met de mensen zelf. De aanpak is er helemaal op gericht om het met de partners en mensen in de wijk te doen.” Toch zijn er al wel succesfactoren te noemen. Zo blijkt het zinvol om mensen in de wijk vroegtijdig bij activiteiten en initiatieven te betrekken. Hen eigenaarschap geven. Ook de inzet van rolmodellen werkt. En: betrek organisaties waar mensen vertrouwen in hebben. “Dat is meestal niet de gemeente, maar bijvoorbeeld wel de school”, aldus Benrida. Als voorbeeld noemt hij Vitesse. In de wijk Geitenkamp is de voetbalclub een belangrijke speler. “Logisch dan dat Vitesse ook onderdeel wordt van de aanpak.”

Van elkaar leren

De werksessie is ook bedoeld om van elkaar te leren. Daarom worden na het verhaal van Benrida de rollen omgedraaid. Deelnemers aan de sessie vertellen over hun mooie voorbeelden om leefbaarheid te vergroten. Zoals de vouchers die initiatiefnemers van goede ideeën in Overbetuwe kunnen ‘verdienen’ en wat bijvoorbeeld heeft geleid tot een BMX-terrein in Heteren. Of de inzet in Renkum om vooral het middenveld meer te betrekken. De werksessie is te kort om echt de diepte in te gaan of om verder in te zoomen op de resultaten van de Arnhem-Oost aanpak. “Maar”, belooft Benrida, “op de resultaten komen we terug. Desnoods per e-mail.”